Educational Home page TU Delft logo

Content | Menu | Language | Banners

U maakt gebruik van een browser die de gebruikte web-standaarden niet of onvolledig ondersteunt.
Hierdoor kunnen afwijkingen in de lay-out ontstaan.

Afhankelijk van uw platform is deze site het beste te bekijken met een recente versie van Microsoft Internet Explorer (5 or higher), Netscape (6 or higher), Mozilla (1 or higher) en Opera (6 or higher).

 > path 0 > path 1 > path 2

Geen lesactiviteiten meer, je staat er helemaal zelf voor.

TIPS voor het tentamen

Theorie
Bekijk alle powerpoint animaties nog eens goed en zorg dat je de theorie doorgrond. Zonder een gedegen kennis van de theorie lijkt iedere opgave iets compleet nieuws en zie je niet de systematiek. Als je de systematiek goed doorhebt is alles steeds meer van hetzelfde. Bestudeer daarom tijdens de voorbereiding op het tentamen de leerdoelen van het vak want dan zie je dat de tentamens een directe relatie hebben met de leerdoelen, de opgave kan verschillen maar de essentie van het vraagstuk niet!

Evenwicht van starre lichamen
Dit onderdeel is de basis van de gehele module en wordt vaak op het tentamen getoetst aan de hand van een eenvoudige 3D-constructie. Bekijk goed de voorbeelden en neem even de tijd om de ruimtelijke presentatie van de constructie goed te doorgronden. Geef duidelijk aan welke mogelijke oplegreacties er kunnen zijn en stel de noodzakelijke vergelijkingen op. Bij het controleren van het evenwicht werk je veelal met krachten, ontbinden en samenstellen zijn basishandelingen die je vlekkeloos moet kunnen uitvoeren. Een kracht ontbinden langs gegeven richtingen (werklijnen) moet dus foutloos gaan op het tentamen. Handig gebruik kunnen maken van vectoren en het inproduct vereenvoudigt het rekenwerk. Zorg daarom dat je hoofdstuk 1 en 2 van de "mini-course on vectors" hebt bestudeerd en dat je de voorbeelden uit "Klein VWO-leed" goed hebt bestudeerd en deze theorie ook zelf kunt toepassen, oefenen dus!

Oplegreacties
Ken je theorie, dus aan welke eisen moeten opleggingen voldoen om een kinematisch bepaalde en een statisch bepaalde constructie te realiseren. Ken die begrippen en weet wat je ermee moet doen. Analyseer vervolgens eerst goed hoe je een opgave gaat aanpakken, dus kijk welke oplegreacties je eerst wilt bepalen en stel de noodzakelijke vergelijkingen op. Vaak is het momentenevenwicht de snelste aanpak. Let vooral goed op bij drie-scharnierspanten met opleggingen op ongelijke hoogte (heb je de notitie bekeken hierover?). Werk systematisch en geef altijd duidelijk aan in een schetsje welke richtingen je als positieve richtingen hebt gekozen. Vereenvoudig de verdeelde belasting m.b.v. een vervangende puntlast maar let goed op dat je dat alleen maar doet voor het deel van de belasting dat ook echt op je (vrijgemaakte) constructiedeel staat (heb je de extra notitie hierover bestudeerd?). Hier worden veel fouten mee gemaakt!

Vakwerken
Zonder oplegreacties gaat het helemaal mis, zie dus het vorige punt. Kies de handigste methode. Met knoopevenwicht kun je niet meer dan twee onbekende staafkrachten vinden, heb je er meer dan moet je dus met een andere knoop beginnen. Voor de snedemethode geldt dat indien het vakwerk evenwijdige randen heeft de randstaven vaak snel gevonden kunnen worden met momentenevenwicht om een handig punt en dat de wandstaven snel gevonden kunnen worden met het verticale of horizontale evenwicht. Zorg dat je de nulstaven goed herkent want een staaf ten onrechte bestempelen als nulstaaf kan dodelijk zijn! De drie basisgevallen zijn wat dat betreft eenvoudige hulpjes, zorg dat je ze kent!

M-, V- en N-lijnen
Advies is om eerst de oplegreacties te bepalen en dan op een aantal karakteristieke punten het moment te bepalen door de constructie t.p.v. deze punten door te knippen, vrij te maken en het evenwicht te bepalen van het vrijgemaakte deel. Bijna altijd lukt dit met het momentenevenwicht t.o.v. de snede waar je het moment wilt weten. Teken vervolgens de M-lijn en let daarbij op het vervormingsteken! Maak gebruik van de kennis die je hebt over de relatie tussen belasting en de M-lijn en let op dat je de parabool bij gelijkmatig verdeelde belastingen altijd met het dal in de richting van de belasting tekent! Denk er ook aan dat bij knikken in de constructie of daar waar meerdere staven samen komen er altijd momentenvenwicht moet zijn op de aansluitende knoop. Dit houdt in dat indien twee staven samenkomen op een knoop zonder uitwendig koppel, de momenten in de aansluitende staven gelijk zijn en als het ware "het hoekje omgaan". Dit geldt dus NIET als er drie staven samenkomen, dan moet je kijken naar het momentevenwicht van de knoop, veelal zijn de momenten in de aansluitende staven dan niet gelijk. Hier worden erg veel fouten mee gemaakt dus zoek het op! De V-lijn volgt altijd eenvoudig uit de helling van de M-lijn. De N-lijn is vaak bewerkelijker, zeker indien je te maken hebt met schuine staven. Vrijmaken en het evenwicht opstellen van het vrijgemaakte deel is dan de enige route die goed en systematisch werkt.

Kabels
De krachtswerking van een kabel kan eenvoudig op basis van evenwicht worden gevonden aangezien de kabel geen buigend moment kan opnemen. In iedere snede die je maakt is het moment daarom nul. De kabel is eigenlijk een aaneenrijging scharnieren. Naast de snede-methode is er nog een tweede aanpak die gebruik maakt van de eigenschap dat de vorm van het kabelverloop (onder de koorde) gelijkvormig is aan de M-lijn van een horizontale ligger op twee steunpunten met de identieke belasting als op de kabel. De schalingsfactor is de horizontale component van de trekkracht in de kabel, deze is i.v.m. de afwezigheid van horizontale belasting (aanname in het 1e jaar) in de gehele kabelconstructie constant. Let goed op de eigenschappen van het verloop van de kabel, bij puntlasten een recht kabelverloop met knikken t.p.v. de puntlast en bij gelijkmatig verdeelde belastingen een parabolisch verloop.

Virtuele arbeid
Bekijk ook hier de powerpointshow nog eens goed en oefen in de mechanismen die je moet aannemen om een kracht of een moment te kunnen bepalen. Realiseer je dat deze methode niets meer is dan een alternatief voor de evenwichtsvergelijkingen. Je kunt dus altijd je resultaten op een kladje controleren met behulp van de evenwichtsvergelijkingen. Wat dat betreft moet je een dergelijke som dus altijd goed kunnen maken en zo heel eenvoudig je punten kunnen binnenslepen.

Neem wat te eten en te drinken mee, het tentamen duurt 3 uur. Kijk ook goed van te voren (de avond voor het tentamen) waar je moet zijn en zoek op de website van de TU op waar dit precies is als je de locatie nog niet kent. Kom je met de bus of lopend let er dan op dat indien je tentamen moet doen aan het einde van de campus, dit nogal wat tijd vergt. Voorkom stress tijdens het reizen zodat je in alle rust goed geconcentreerd kunt beginnen. Vergeet a.u.b. niet je rekenmachine mee te nemen en je uitstekende verstand want je bent tot de TU-Delft toegelaten dus je moet heel wat in je mars hebben.

Banners

TU Delft logo

Nieuws